Het partijblad van de Volksunie is allicht het best gekend onder de naam Wij, maar heette in het prille begin gewoonweg De Volksunie. Het blad verscheen initieel maandelijks, nadien halfmaandelijks en daarna wekelijks, en werd gedrukt op het formaat van een kleine krant. Het eerste nummer werd verdeeld in januari 1955. Op de voorpagina stond het Manifest van de Volksunie gepubliceerd. Het was een puntsgewijze opsomming van het partijprogramma ondertekend door de stichters van de Volksunie en de boegbeelden van de partijpolitieke Vlaamse beweging die na een donkere periode geleidelijk aan opnieuw ontwaakte. Het blad was vooral een instrument om de nieuwe partij bekend te maken, de ideeën te verspreiden en om aan kadervorming te doen. De krant werd gekenmerkt door een militante schrijfstijl waarbij andere partijen en de Belgische overheid hard werden aangepakt en wantoestanden aan de kaak werden gesteld.
Een moeizame start: maandblad De Volksunie wordt weekblad Wij
Tijdens het eerste decennium groeide De Volksunie van een maandblad met slechts acht pagina’s naar een weekblad met drie keer zoveel inhoud. De aanvankelijk amateuristische redactie werd verruimd en geprofessionaliseerd. Men opteerde voor een meer commerciële aanpak en zo werd de evolutie ingezet naar een algemeen opinieblad dat ingang kon vinden bij een ruimer publiek. Om deze vernieuwing kracht bij te zetten wijzigde de partij in november 1965 de naam van de krant in: Wij, Vlaams-nationaal, of kortweg Wij. Het partijblad sloeg hiermee een nieuwe weg in en stond aan de vooravond van zijn succes.
Na een jaar werking waren er zo’n 1.300 abonnees, maar dat aantal zou snel toenemen. In 1958 was het aantal al meer dan verdubbeld tot 3.000 en eind 1961 werden 8.693 abonnementen geteld. Een hoogtepunt was 1973 toen een lezerspubliek werd bereikt van meer dan 16.000 abonnees. De stijging verliep gelijkmatig met het succes van de partij op vlak van leden en kiezers, maar een lidmaatschap van de Volksunie leidde niet automatisch tot de ontvangst van de krant. Een apart abonnement was vereist.
Door de intensieve colportage van het blad lag het aantal abonnees op het partijblad aanvankelijk hoger dan het aantal partijleden. De gestage uitbouw van de partij bracht hier tegen het midden van de jaren 1960 verandering in en zorgde toen voor meer partijleden dan abonnees.
Van communautaire berichtgeving tot internationale wapenhandel
Het partijblad Wij werd uitgebouwd onder de supervisie van verschillende redacteuren. De eerste hoofdredacteur en tevens partijvoorzitter was Walter Couvreur. De combinatie van taken deden het blad weinig goeds en bovendien verliet hij zes maanden later tijdelijk de partij wegens een dispuut over de aanpak van de propaganda. Couvreur wou het blad omvormen tot een dagblad, wat grotere financiële risico’s met zich meebracht. Frans Van der Elst nam zijn rol als voorzitter en hoofdredacteur over. Onder zijn hoede werd het partijblad inhoudelijk stelselmatig uitgebreid. Naast de traditionele thema’s uit de naoorlogse Vlaamse beweging zoals amnestie, federalisme en het internationaal meestreven met andere volkeren naar autonomie was er ook ruim aandacht voor sociaaleconomische onderwerpen, bij voorkeur met een communautaire tint. Er werd veelvuldig geschreven over de problematiek van de landbouw en de middenstand, de problematiek van de sluitingen van de mijnen, maar ook over ontwikkelingshulp en de voormalige Belgische kolonie Congo. Daarnaast was er plaats voor cultuur en sport. Het aantal medewerkers aan het blad werd gaandeweg uitgebreid.
Bij zijn afscheid als hoofdredacteur in 1965 liet Van der Elst een vrij klassiek partijorgaan over aan Toon Van Overstraeten, die op zijn beurt in 1971 het hoofdredacteurschap aan Paul Martens doorgaf. Beide redacteurs bouwden mee aan de vernieuwing van het weekblad, dat toen zijn hoogdagen beleefde. Naast de hoofdmoot die bestond uit politieke actualiteit, wonnen ook nieuwe thema’s aan terrein. Zo trad tijdens de jaren 1970 de milieuproblematiek meer en meer op de voorgrond en werd de Volksunie een pionier van het ecologische gedachtegoed. Ook het nieuws uit de vele nieuwe VU-afdelingen die als paddenstoelen uit de grond rezen, kreeg een meer prominente plaats in het nationaal ledenblad toegemeten.
De Volksunie eiste gaandeweg zijn plaats op in het nationale politieke landschap. Het ledenaantal van de partij bereikte een piek in 1975 met meer dan 54.000 leden. Ook op provinciaal en regionaal niveau werd de partij organisatorisch uitgebouwd. Heel wat VU-afdelingen startten met de uitgave van een eigen maandblad, sommigen met meer succes dan de anderen. Zie hierover verderop meer. Wanneer in 1978 de Volksunie naar aanleiding van het Egmontpact bijna de helft van zijn kiezers verliest, dient ook het blad op zoek te gaan naar een nieuw elan. Een nieuw tijdperk voor het nationaal weekblad werd ingeluid met de samenstelling van een comité van redacteuren, beroepsjournalisten voorgezeten door journalist-schrijver Maurits van Liedekerke. Hij zou in 1984 ook hoofdredacteur worden.
Gedurende de jaren 1980 en 1990 weerspiegelde Wij nieuwe thema’s waarvoor de partij zich engageerde. Zo organiseerde de Volksunie acties tegen bewapening en wapenhandel en publiceerde het in 1986 en 1987 geheime documenten over wapentrafiek vanuit Zeebrugge. De hoge actualiteitswaarde van het partijblad kon de neergang van het aantal abonnees niet keren en daarom achtte de redactie de tijd rijp om het blad een nieuw imago aan te meten. In 1989 werd het formaat van de krant overboord gegooid en werd Wij een magazine met 44 of meer pagina’s. Maar het streven naar verjonging van het nationaal ledenblad bracht geen extra abonnees op. Integendeel zelfs. Wij vond maar weinig lezers buiten de kring van Volksunie-gezinden. In 1993 besliste de redactie opnieuw over te stappen op het krantenformaat. Twee jaar later telde het blad nog slechts 6.000 abonnees, maar werd toch beslist om het kaderblad De Toekomst om vanaf 1996 om te vormen tot maandelijks ledenblad. Met een nieuw publicatieplan werden vanaf januari 2001 Wij en De Toekomst vervangen door Volle Manen, nog steeds onder de redactie van Van Liedekerke. Het betekende wel het definitieve einde van een tijdschrift dat 45 jaar met wisselend succes de spreekbuis was van de Volksunie.
Literatuur
Wilfried Vandaele, Wij, Vlaams-nationaal: 30 jaar Volksunie-pers doorgelicht, Antwerpen, 1984.